Vocabulary

Learn Verbs – Dutch

cms/verbs-webp/59066378.webp
opletten
Men moet opletten voor de verkeerstekens.
pay attention to
One must pay attention to traffic signs.
cms/verbs-webp/121670222.webp
volgen
De kuikens volgen altijd hun moeder.
follow
The chicks always follow their mother.
cms/verbs-webp/33463741.webp
openen
Kun je dit blikje voor me openen?
open
Can you please open this can for me?
cms/verbs-webp/98561398.webp
mengen
De schilder mengt de kleuren.
mix
The painter mixes the colors.
cms/verbs-webp/99951744.webp
verdenken
Hij verdenkt dat het zijn vriendin is.
suspect
He suspects that it’s his girlfriend.
cms/verbs-webp/34567067.webp
zoeken naar
De politie zoekt naar de dader.
search for
The police are searching for the perpetrator.
cms/verbs-webp/5161747.webp
verwijderen
De graafmachine verwijdert de grond.
remove
The excavator is removing the soil.
cms/verbs-webp/112407953.webp
luisteren
Ze luistert en hoort een geluid.
listen
She listens and hears a sound.
cms/verbs-webp/115373990.webp
verschijnen
Er verscheen plotseling een grote vis in het water.
appear
A huge fish suddenly appeared in the water.
cms/verbs-webp/18473806.webp
aan de beurt komen
Even wachten, je komt zo aan de beurt!
get a turn
Please wait, you’ll get your turn soon!
cms/verbs-webp/3270640.webp
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
pursue
The cowboy pursues the horses.
cms/verbs-webp/102167684.webp
vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.
compare
They compare their figures.