어휘
동사를 배우세요 ― 네덜란드어

aan de beurt komen
Even wachten, je komt zo aan de beurt!
차례를 얻다
제발 기다리세요, 곧 차례가 돌아올 것입니다!

kwaadspreken
De klasgenoten spreken kwaad over haar.
나쁘게 말하다
동급생들은 그녀에 대해 나쁘게 말한다.

verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.
떠나다
많은 영국 사람들은 EU를 떠나고 싶어했다.

belasten
Bedrijven worden op verschillende manieren belast.
과세하다
기업은 여러 가지 방법으로 과세된다.

sterven
Veel mensen sterven in films.
죽다
영화에서 많은 사람들이 죽습니다.

overkomen
Is hem iets overkomen tijdens het werkongeluk?
일어나다
그는 근무 사고로 무슨 일이 일어났나요?

onaangeroerd laten
De natuur werd onaangeroerd gelaten.
그대로 두다
자연은 그대로 두었다.

houden van
Ze houdt meer van chocolade dan van groenten.
좋아하다
그녀는 야채보다 초콜릿을 더 좋아한다.

doorlaten
Moeten vluchtelingen aan de grenzen worden doorgelaten?
통과시키다
국경에서 난민들을 통과시켜야 할까요?

uitslapen
Ze willen eindelijk eens een nacht uitslapen.
늦잠 자다
그들은 하룻밤이라도 늦잠을 자고 싶다.

melden
Ze meldt het schandaal aan haar vriendin.
보고하다
그녀는 스캔들을 친구에게 보고한다.
