词汇

学习动词 – 荷兰语

cms/verbs-webp/79404404.webp
nodig hebben
Ik heb dorst, ik heb water nodig!
需要
我口渴,我需要水!
cms/verbs-webp/100965244.webp
naar beneden kijken
Ze kijkt naar beneden het dal in.
往下看
她往下看进入山谷。
cms/verbs-webp/62175833.webp
ontdekken
De zeelieden hebben een nieuw land ontdekt.
发现
船员们发现了一个新的土地。
cms/verbs-webp/43956783.webp
weglopen
Onze kat is weggelopen.
逃跑
我们的猫逃跑了。
cms/verbs-webp/47969540.webp
blind worden
De man met de badges is blind geworden.
失明
戴徽章的男子已经失明了。
cms/verbs-webp/75487437.webp
leiden
De meest ervaren wandelaar leidt altijd.
带领
最有经验的徒步旅行者总是带头。
cms/verbs-webp/116932657.webp
ontvangen
Hij ontvangt een goed pensioen op oudere leeftijd.
获得
他老年时获得了很好的退休金。
cms/verbs-webp/59552358.webp
beheren
Wie beheert het geld in jouw gezin?
管理
谁管理你家的钱?
cms/verbs-webp/114993311.webp
zien
Je kunt beter zien met een bril.
你戴上眼镜能看得更清楚。
cms/verbs-webp/87153988.webp
bevorderen
We moeten alternatieven voor autoverkeer bevorderen.
促进
我们需要促进替代汽车交通的方案。
cms/verbs-webp/83661912.webp
bereiden
Ze bereiden een heerlijke maaltijd.
准备
他们准备了美味的餐点。
cms/verbs-webp/109542274.webp
doorlaten
Moeten vluchtelingen aan de grenzen worden doorgelaten?
让...通过
在边境应该让难民通过吗?