词汇

学习动词 – 荷兰语

cms/verbs-webp/28581084.webp
hangen
IJsspegels hangen van het dak.
垂下
屋顶上垂下冰柱。
cms/verbs-webp/68561700.webp
open laten
Wie de ramen open laat, nodigt inbrekers uit!
留开
谁把窗户留开,就邀请小偷进来!
cms/verbs-webp/109071401.webp
omarmen
De moeder omarmt de kleine voetjes van de baby.
拥抱
母亲拥抱着宝宝的小脚。
cms/verbs-webp/115373990.webp
verschijnen
Er verscheen plotseling een grote vis in het water.
出现
水中突然出现了一条巨大的鱼。
cms/verbs-webp/118826642.webp
uitleggen
Opa legt de wereld uit aan zijn kleinzoon.
解释
爷爷向孙子解释这个世界。
cms/verbs-webp/129244598.webp
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.
限制
减肥时,你必须限制食物摄入。
cms/verbs-webp/91367368.webp
wandelen
De familie gaat op zondag wandelen.
散步
这家人星期日喜欢散步。
cms/verbs-webp/55128549.webp
gooien
Hij gooit de bal in de mand.
他把球投进篮子。
cms/verbs-webp/84472893.webp
rijden
Kinderen rijden graag op fietsen of steps.
孩子们喜欢骑自行车或滑板车。
cms/verbs-webp/91930309.webp
importeren
We importeren fruit uit veel landen.
进口
我们从许多国家进口水果。
cms/verbs-webp/15353268.webp
uitknijpen
Ze knijpt de citroen uit.
挤出
她挤出柠檬汁。
cms/verbs-webp/117284953.webp
uitzoeken
Ze zoekt een nieuwe zonnebril uit.
选择
她选择了一副新的太阳镜。