词汇
学习动词 – 荷兰语
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
犯错
仔细想想,这样你就不会犯错!
binnenkomen
Kom binnen!
进来
进来吧!
verwijzen
De leraar verwijst naar het voorbeeld op het bord.
指向
老师指向黑板上的例子。
bedekken
De waterlelies bedekken het water.
覆盖
睡莲覆盖了水面。
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
跳出思维框架
为了成功,有时你需要跳出思维框架。
naar huis gaan
Hij gaat na het werk naar huis.
回家
他下班后回家。
inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.
登录
你必须用你的密码登录。
vergeven
Ze kan het hem nooit vergeven!
原谅
她永远也不能原谅他那个事!
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.
发布
广告经常在报纸上发布。
ontmoeten
Soms ontmoeten ze elkaar in het trappenhuis.
遇见
有时他们在楼梯里相遇。
mengen
Je kunt een gezonde salade met groenten mengen.
混合
你可以用蔬菜混合一个健康的沙拉。