词汇

学习动词 – 荷兰语

cms/verbs-webp/80552159.webp
werken
De motorfiets is kapot; hij werkt niet meer.
工作
摩托车坏了,不再工作了。
cms/verbs-webp/64053926.webp
overwinnen
De atleten overwinnen de waterval.
克服
运动员克服了瀑布。
cms/verbs-webp/106279322.webp
reizen
We reizen graag door Europa.
旅行
我们喜欢穿越欧洲旅行。
cms/verbs-webp/88615590.webp
beschrijven
Hoe kun je kleuren beschrijven?
描述
如何描述颜色?
cms/verbs-webp/78773523.webp
toenemen
De bevolking is sterk toegenomen.
增加
人口大幅增加。
cms/verbs-webp/92612369.webp
parkeren
De fietsen staan voor het huis geparkeerd.
停放
自行车停在房子前面。
cms/verbs-webp/124458146.webp
overlaten
De eigenaren laten hun honden aan mij over voor een wandeling.
交给
业主把他们的狗交给我遛。
cms/verbs-webp/115520617.webp
aanrijden
Een fietser werd aangereden door een auto.
被撞
一名骑自行车的人被汽车撞了。
cms/verbs-webp/88597759.webp
drukken
Hij drukt op de knop.
他按按钮。
cms/verbs-webp/102823465.webp
tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.
展示
我的护照里可以展示一个签证。
cms/verbs-webp/102327719.webp
slapen
De baby slaapt.
睡觉
婴儿正在睡觉。
cms/verbs-webp/131098316.webp
trouwen
Minderjarigen mogen niet trouwen.
结婚
未成年人不允许结婚。