词汇

学习动词 – 荷兰语

cms/verbs-webp/132125626.webp
overtuigen
Ze moet haar dochter vaak overtuigen om te eten.
说服
她经常要说服她的女儿吃东西。
cms/verbs-webp/35071619.webp
voorbijgaan
De twee lopen elkaar voorbij.
经过
两人彼此经过。
cms/verbs-webp/33688289.webp
binnenlaten
Men moet nooit vreemden binnenlaten.
让进
人们永远不应该让陌生人进来。
cms/verbs-webp/46998479.webp
bespreken
Ze bespreken hun plannen.
讨论
他们在讨论他们的计划。
cms/verbs-webp/90554206.webp
melden
Ze meldt het schandaal aan haar vriendin.
报告
她向她的朋友报告了这个丑闻。
cms/verbs-webp/42111567.webp
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
犯错
仔细想想,这样你就不会犯错!
cms/verbs-webp/122479015.webp
op maat snijden
De stof wordt op maat gesneden.
裁剪
面料正在被裁剪到合适的大小。
cms/verbs-webp/80552159.webp
werken
De motorfiets is kapot; hij werkt niet meer.
工作
摩托车坏了,不再工作了。
cms/verbs-webp/119417660.webp
geloven
Veel mensen geloven in God.
相信
许多人相信上帝。
cms/verbs-webp/117491447.webp
afhangen van
Hij is blind en is afhankelijk van hulp van buitenaf.
依赖
他是盲人,依赖外部帮助。
cms/verbs-webp/74119884.webp
openen
Het kind opent zijn cadeau.
打开
孩子正在打开他的礼物。
cms/verbs-webp/110401854.webp
onderdak vinden
We vonden onderdak in een goedkoop hotel.
找到住处
我们在一个便宜的酒店找到了住处。