词汇
学习动词 – 荷兰语

kijken
Iedereen kijkt naar hun telefoons.
看
每个人都在看他们的手机。

open laten
Wie de ramen open laat, nodigt inbrekers uit!
留开
谁把窗户留开,就邀请小偷进来!

out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
跳出思维框架
为了成功,有时你需要跳出思维框架。

redden
De dokters konden zijn leven redden.
挽救
医生们成功地挽救了他的生命。

vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.
运输
我们在汽车顶部运输自行车。

uitgeven
Ze heeft al haar geld uitgegeven.
花费
她花光了所有的钱。

plezier hebben
We hebben veel plezier gehad op de kermis!
玩得开心
我们在游乐场玩得很开心!

naar beneden kijken
Ze kijkt naar beneden het dal in.
往下看
她往下看进入山谷。

onderdak vinden
We vonden onderdak in een goedkoop hotel.
找到住处
我们在一个便宜的酒店找到了住处。

achterna rennen
De moeder rent achter haar zoon aan.
追
妈妈追着她的儿子跑。

straffen
Ze strafte haar dochter.
惩罚
她惩罚了她的女儿。
