Лексика

Вивчайте дієслова – нідерландська

cms/verbs-webp/93792533.webp
betekenen
Wat betekent dit wapenschild op de vloer?
означати
Що означає цей герб на підлозі?
cms/verbs-webp/129203514.webp
kletsen
Hij kletst vaak met zijn buurman.
спілкуватися
Він часто спілкується зі своїм сусідом.
cms/verbs-webp/103797145.webp
aannemen
Het bedrijf wil meer mensen aannemen.
наймати
Компанія хоче найняти більше людей.
cms/verbs-webp/125884035.webp
verrassen
Ze verraste haar ouders met een cadeau.
здивувати
Вона здивувала своїх батьків подарунком.
cms/verbs-webp/123179881.webp
oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.
тренуватися
Він тренується кожен день на своєму скейтборді.
cms/verbs-webp/119235815.webp
houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.
любити
Вона справжньо любить свого коня.
cms/verbs-webp/102397678.webp
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.
публікувати
Рекламу часто публікують у газетах.
cms/verbs-webp/113253386.webp
lukken
Deze keer is het niet gelukt.
виходити
Цього разу це не виходить.
cms/verbs-webp/108218979.webp
moeten
Hij moet hier uitstappen.
повинен
Він повинен вийти тут.
cms/verbs-webp/68841225.webp
begrijpen
Ik kan je niet begrijpen!
розуміти
Я не можу вас зрозуміти!
cms/verbs-webp/88597759.webp
drukken
Hij drukt op de knop.
натискати
Він натискає кнопку.
cms/verbs-webp/93697965.webp
rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.
їздити
Автомобілі їздять колом.