Vocabulaire

Apprendre les adjectifs – Néerlandais

cms/adjectives-webp/132144174.webp
voorzichtig
de voorzichtige jongen
prudent
le garçon prudent
cms/adjectives-webp/129080873.webp
zonnig
een zonnige lucht
ensoleillé
un ciel ensoleillé
cms/adjectives-webp/40795482.webp
verwisselbaar
drie verwisselbare baby‘s
interchangeable
trois bébés interchangeables
cms/adjectives-webp/105388621.webp
verdrietig
het verdrietige kind
triste
l‘enfant triste
cms/adjectives-webp/78306447.webp
jaarlijks
de jaarlijkse toename
annuel
l‘augmentation annuelle
cms/adjectives-webp/169654536.webp
moeilijk
de moeilijke bergbeklimming
difficile
l‘ascension difficile d‘une montagne
cms/adjectives-webp/168327155.webp
paars
paarse lavendel
violet
du lavande violet
cms/adjectives-webp/131024908.webp
actief
actieve gezondheidsbevordering
actif
la promotion active de la santé
cms/adjectives-webp/129926081.webp
dronken
een dronken man
ivre
un homme ivre
cms/adjectives-webp/132871934.webp
eenzaam
de eenzame weduwnaar
solitaire
le veuf solitaire
cms/adjectives-webp/34780756.webp
vrijgezel
de vrijgezelle man
célibataire
un homme célibataire
cms/adjectives-webp/158476639.webp
slim
een slimme vos
astucieux
un renard astucieux