Vocabulary
Learn Adjectives – Dutch

gesloten
de gesloten deur
locked
the locked door

Engelstalig
een Engelstalige school
English-speaking
an English-speaking school

somber
een sombere hemel
gloomy
a gloomy sky

gevarieerd
een gevarieerd fruitaanbod
varied
a varied fruit offer

half
de halve appel
half
the half apple

drievoudig
de drievoudige mobiele chip
triple
the triple phone chip

Sloveens
de Sloveense hoofdstad
Slovenian
the Slovenian capital

overzichtelijk
een overzichtelijke index
clear
a clear index

illegaal
de illegale hennepteelt
illegal
the illegal hemp cultivation

extra
het extra inkomen
additional
the additional income

jaarlijks
de jaarlijkse toename
annual
the annual increase
