‫المفردات

تعلم الأفعال – الهولندية

cms/verbs-webp/89025699.webp
dragen
De ezel draagt een zware last.
يحمل
الحمار يحمل حمولة ثقيلة.
cms/verbs-webp/70624964.webp
plezier hebben
We hebben veel plezier gehad op de kermis!
يستمتع
استمتعنا كثيرًا في المدينة الترفيهية!
cms/verbs-webp/115373990.webp
verschijnen
Er verscheen plotseling een grote vis in het water.
ظهر
ظهر سمك ضخم فجأة في الماء.
cms/verbs-webp/116610655.webp
bouwen
Wanneer werd de Chinese Muur gebouwd?
بُني
متى بُني السور العظيم في الصين؟
cms/verbs-webp/129300323.webp
aanraken
De boer raakt zijn planten aan.
لمس
الفلاح يلمس نباتاته.
cms/verbs-webp/108118259.webp
vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.
نسيت
هي نسيت اسمه الآن.
cms/verbs-webp/40946954.webp
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
فرز
يحب فرز طوابعه.
cms/verbs-webp/35862456.webp
beginnen
Een nieuw leven begint met een huwelijk.
بدأ
تبدأ حياة جديدة بالزواج.
cms/verbs-webp/95190323.webp
stemmen
Men stemt voor of tegen een kandidaat.
صوت
يصوت المرء لأو ضد مرشح.
cms/verbs-webp/100565199.webp
ontbijten
We ontbijten het liefst op bed.
يتناول الإفطار
نفضل تناول الإفطار في السرير.
cms/verbs-webp/93169145.webp
spreken
Hij spreekt tot zijn publiek.
تحدث
يتحدث إلى جمهوره.
cms/verbs-webp/59121211.webp
bellen
Wie heeft er aan de deurbel gebeld?
رن
من الذي رن الجرس الباب؟