Woordenlijst

Chinees (vereenvoudigd) – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/47062117.webp
rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.
cms/verbs-webp/102823465.webp
tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.
cms/verbs-webp/91643527.webp
vastzitten
Ik zit vast en kan geen uitweg vinden.
cms/verbs-webp/26758664.webp
sparen
Mijn kinderen hebben hun eigen geld gespaard.
cms/verbs-webp/55269029.webp
missen
Hij miste de spijker en verwondde zichzelf.
cms/verbs-webp/120870752.webp
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?
cms/verbs-webp/87153988.webp
bevorderen
We moeten alternatieven voor autoverkeer bevorderen.
cms/verbs-webp/95190323.webp
stemmen
Men stemt voor of tegen een kandidaat.
cms/verbs-webp/123170033.webp
failliet gaan
Het bedrijf gaat waarschijnlijk binnenkort failliet.
cms/verbs-webp/36190839.webp
bestrijden
De brandweer bestrijdt het vuur vanuit de lucht.
cms/verbs-webp/117311654.webp
dragen
Ze dragen hun kinderen op hun rug.
cms/verbs-webp/85623875.webp
studeren
Er studeren veel vrouwen aan mijn universiteit.