Woordenlijst

Chinees (vereenvoudigd) – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/67880049.webp
loslaten
Je mag de grip niet loslaten!
cms/verbs-webp/89025699.webp
dragen
De ezel draagt een zware last.
cms/verbs-webp/82845015.webp
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.
cms/verbs-webp/46565207.webp
bereiden
Ze bereidde hem groot plezier.
cms/verbs-webp/106725666.webp
controleren
Hij controleert wie daar woont.
cms/verbs-webp/15441410.webp
uitspreken
Ze wil zich uitspreken tegen haar vriend.
cms/verbs-webp/81986237.webp
mengen
Ze mengt een vruchtensap.
cms/verbs-webp/20225657.webp
vragen
Mijn kleinkind vraagt veel van mij.
cms/verbs-webp/44848458.webp
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.
cms/verbs-webp/15353268.webp
uitknijpen
Ze knijpt de citroen uit.
cms/verbs-webp/108218979.webp
moeten
Hij moet hier uitstappen.
cms/verbs-webp/127554899.webp
verkiezen
Onze dochter leest geen boeken; ze verkiest haar telefoon.