Woordenlijst

Sloveens – Bijwoordenoefening

cms/adverbs-webp/57758983.webp
half
Het glas is half leeg.
cms/adverbs-webp/172832880.webp
erg
Het kind is erg hongerig.
cms/adverbs-webp/77321370.webp
bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?
cms/adverbs-webp/12727545.webp
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.
cms/adverbs-webp/10272391.webp
al
Hij slaapt al.
cms/adverbs-webp/7769745.webp
opnieuw
Hij schrijft alles opnieuw.
cms/adverbs-webp/57457259.webp
buiten
Het zieke kind mag niet naar buiten.
cms/adverbs-webp/22328185.webp
een beetje
Ik wil een beetje meer.
cms/adverbs-webp/54073755.webp
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.
cms/adverbs-webp/23708234.webp
correct
Het woord is niet correct gespeld.
cms/adverbs-webp/76773039.webp
te veel
Het werk wordt me te veel.
cms/adverbs-webp/38720387.webp
naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.