Rječnik

Naučite glagole – nizozemski

cms/verbs-webp/120086715.webp
voltooien
Kun je de puzzel voltooien?
dovršiti
Možeš li dovršiti slagalicu?
cms/verbs-webp/44518719.webp
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
hodati
Ovom stazom se ne smije hodati.
cms/verbs-webp/132305688.webp
verspillen
Energie mag niet verspild worden.
rasipati
Energiju ne bi trebalo rasipati.
cms/verbs-webp/118011740.webp
bouwen
De kinderen bouwen een hoge toren.
graditi
Djeca grade visoki toranj.
cms/verbs-webp/130770778.webp
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
putovati
Voli putovati i vidio je mnoge zemlje.
cms/verbs-webp/63868016.webp
terugbrengen
De hond brengt het speelgoed terug.
vratiti
Pas vraća igračku.
cms/verbs-webp/95655547.webp
voor laten
Niemand wil hem voor laten gaan bij de kassa van de supermarkt.
pustiti ispred
Nitko ne želi pustiti ga naprijed na blagajni u supermarketu.
cms/verbs-webp/117658590.webp
uitsterven
Veel dieren zijn vandaag uitgestorven.
izumrijeti
Mnoge životinje su danas izumrle.
cms/verbs-webp/110775013.webp
opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.
zapisati
Želi zapisati svoju poslovnu ideju.
cms/verbs-webp/120128475.webp
denken
Ze moet altijd aan hem denken.
razmišljati
Uvijek mora razmišljati o njemu.
cms/verbs-webp/90539620.webp
voorbijgaan
De tijd gaat soms langzaam voorbij.
prolaziti
Vrijeme ponekad prolazi sporo.
cms/verbs-webp/80427816.webp
corrigeren
De leraar corrigeert de essays van de studenten.
ispraviti
Učitelj ispravlja eseje učenika.