Wortschatz

Adverbien lernen – Niederländisch

cms/adverbs-webp/75164594.webp
vaak
Tornado‘s worden niet vaak gezien.
oft
Tornados sieht man nicht oft.
cms/adverbs-webp/71109632.webp
echt
Kan ik dat echt geloven?
wirklich
Kann ich das wirklich glauben?
cms/adverbs-webp/77321370.webp
bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?
beispielsweise
Wie gefällt Ihnen beispielsweise diese Farbe?
cms/adverbs-webp/128130222.webp
samen
We leren samen in een kleine groep.
miteinander
Wir lernen miteinander in einer kleinen Gruppe.
cms/adverbs-webp/98507913.webp
alle
Hier kun je alle vlaggen van de wereld zien.
alle
Hier kann man alle Flaggen der Welt sehen.
cms/adverbs-webp/178653470.webp
buiten
We eten vandaag buiten.
außerhalb
Wir essen heute außerhalb im Freien.
cms/adverbs-webp/162590515.webp
genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.
genug
Sie will schlafen und hat genug von dem Lärm.
cms/adverbs-webp/23708234.webp
correct
Het woord is niet correct gespeld.
richtig
Das Wort ist nicht richtig geschrieben.
cms/adverbs-webp/138988656.webp
altijd
Je kunt ons altijd bellen.
jederzeit
Sie können uns jederzeit anrufen.
cms/adverbs-webp/40230258.webp
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.
zu viel
Er hat immer zu viel gearbeitet.
cms/adverbs-webp/178180190.webp
daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.
dorthin
Gehen Sie dorthin, dann fragen Sie wieder.
cms/adverbs-webp/77731267.webp
veel
Ik lees inderdaad veel.
viel
Ich lese wirklich viel.