Ordforråd

Lær adverb – nederlandsk

cms/adverbs-webp/67795890.webp
in
Ze springen in het water.
inn
De hopper inn i vannet.
cms/adverbs-webp/166784412.webp
ooit
Heb je ooit al je geld aan aandelen verloren?
noen gang
Har du noen gang mistet alle pengene dine i aksjer?
cms/adverbs-webp/145489181.webp
misschien
Ze wil misschien in een ander land wonen.
kanskje
Hun vil kanskje bo i et annet land.
cms/adverbs-webp/123249091.webp
samen
De twee spelen graag samen.
sammen
De to liker å leke sammen.
cms/adverbs-webp/23025866.webp
de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.
hele dagen
Moren må jobbe hele dagen.
cms/adverbs-webp/12727545.webp
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.
nede
Han ligger nede på gulvet.
cms/adverbs-webp/178653470.webp
buiten
We eten vandaag buiten.
ute
Vi spiser ute i dag.
cms/adverbs-webp/77321370.webp
bijvoorbeeld
Hoe vind je deze kleur, bijvoorbeeld?
for eksempel
Hvordan liker du denne fargen, for eksempel?
cms/adverbs-webp/135007403.webp
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?
inn
Går han inn eller ut?
cms/adverbs-webp/178600973.webp
iets
Ik zie iets interessants!
noe
Jeg ser noe interessant!
cms/adverbs-webp/138988656.webp
altijd
Je kunt ons altijd bellen.
når som helst
Du kan ringe oss når som helst.
cms/adverbs-webp/155080149.webp
waarom
Kinderen willen weten waarom alles is zoals het is.
hvorfor
Barn vil vite hvorfor alt er som det er.