Vocabulary

Learn Adverbs – Dutch

cms/adverbs-webp/71109632.webp
echt
Kan ik dat echt geloven?
really
Can I really believe that?
cms/adverbs-webp/176340276.webp
bijna
Het is bijna middernacht.
almost
It is almost midnight.
cms/adverbs-webp/176235848.webp
in
De twee komen binnen.
in
The two are coming in.
cms/adverbs-webp/176427272.webp
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
down
He falls down from above.
cms/adverbs-webp/174985671.webp
bijna
De tank is bijna leeg.
almost
The tank is almost empty.
cms/adverbs-webp/67795890.webp
in
Ze springen in het water.
into
They jump into the water.
cms/adverbs-webp/155080149.webp
waarom
Kinderen willen weten waarom alles is zoals het is.
why
Children want to know why everything is as it is.
cms/adverbs-webp/170728690.webp
alleen
Ik geniet van de avond helemaal alleen.
alone
I am enjoying the evening all alone.
cms/adverbs-webp/10272391.webp
al
Hij slaapt al.
already
He is already asleep.
cms/adverbs-webp/178653470.webp
buiten
We eten vandaag buiten.
outside
We are eating outside today.
cms/adverbs-webp/54073755.webp
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.
on it
He climbs onto the roof and sits on it.
cms/adverbs-webp/178600973.webp
iets
Ik zie iets interessants!
something
I see something interesting!