Wortschatz
Lerne Adjektive – Niederländisch
vruchtbaar
vruchtbare grond
fruchtbar
ein fruchtbarer Boden
ovaal
de ovale tafel
oval
der ovale Tisch
centraal
het centrale marktplein
zentral
der zentrale Marktplatz
horizontaal
de horizontale kapstok
waagerecht
die waagerechte Garderobe
moe
een vermoeide vrouw
müde
eine müde Frau
eerlijk
de eerlijke eed
ehrlich
der ehrliche Schwur
verkwikkend
een verkwikkende vakantie
erholsam
ein erholsamer Urlaub
zorgvuldig
een zorgvuldige autowasbeurt
sorgfältig
eine sorgfältige Autowäsche
Indiaas
een Indiaas gezicht
indisch
ein indisches Gesicht
belangrijk
belangrijke afspraken
wichtig
wichtige Termine
uitstekend
een uitstekende wijn
exzellent
ein exzellenter Wein