Woordenlijst

Tagalog – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/17624512.webp
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
cms/verbs-webp/122398994.webp
doden
Pas op, je kunt iemand doden met die bijl!
cms/verbs-webp/112408678.webp
uitnodigen
Wij nodigen je uit voor ons oudejaarsfeest.
cms/verbs-webp/104818122.webp
repareren
Hij wilde de kabel repareren.
cms/verbs-webp/123367774.webp
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.
cms/verbs-webp/101383370.webp
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.
cms/verbs-webp/129403875.webp
rinkelen
De bel rinkelt elke dag.
cms/verbs-webp/110775013.webp
opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.
cms/verbs-webp/100298227.webp
knuffelen
Hij knuffelt zijn oude vader.
cms/verbs-webp/57481685.webp
overdoen
De student heeft een jaar overgedaan.
cms/verbs-webp/3270640.webp
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
cms/verbs-webp/131098316.webp
trouwen
Minderjarigen mogen niet trouwen.