Woordenlijst

Tagalog – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/112408678.webp
uitnodigen
Wij nodigen je uit voor ons oudejaarsfeest.
cms/verbs-webp/108991637.webp
vermijden
Ze vermijdt haar collega.
cms/verbs-webp/84472893.webp
rijden
Kinderen rijden graag op fietsen of steps.
cms/verbs-webp/74119884.webp
openen
Het kind opent zijn cadeau.
cms/verbs-webp/107273862.webp
verbonden zijn
Alle landen op aarde zijn met elkaar verbonden.
cms/verbs-webp/32180347.webp
uit elkaar halen
Onze zoon haalt alles uit elkaar!
cms/verbs-webp/129403875.webp
rinkelen
De bel rinkelt elke dag.
cms/verbs-webp/125088246.webp
imiteren
Het kind imiteert een vliegtuig.
cms/verbs-webp/113316795.webp
inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.
cms/verbs-webp/106851532.webp
elkaar aankijken
Ze keken elkaar lang aan.
cms/verbs-webp/42111567.webp
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
cms/verbs-webp/38753106.webp
spreken
Men moet niet te luid spreken in de bioscoop.