Woordenlijst

Fins – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/109099922.webp
herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.
cms/verbs-webp/80427816.webp
corrigeren
De leraar corrigeert de essays van de studenten.
cms/verbs-webp/11497224.webp
antwoorden
De student beantwoordt de vraag.
cms/verbs-webp/55269029.webp
missen
Hij miste de spijker en verwondde zichzelf.
cms/verbs-webp/101742573.webp
schilderen
Ze heeft haar handen geschilderd.
cms/verbs-webp/51119750.webp
de weg vinden
Ik kan goed de weg vinden in een labyrint.
cms/verbs-webp/118485571.webp
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.
cms/verbs-webp/102631405.webp
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/47969540.webp
blind worden
De man met de badges is blind geworden.
cms/verbs-webp/96586059.webp
ontslaan
De baas heeft hem ontslagen.
cms/verbs-webp/94193521.webp
draaien
Je mag naar links draaien.
cms/verbs-webp/122010524.webp
ondernemen
Ik heb veel reizen ondernomen.