Vocabulary
Learn Adjectives – Dutch

rond
de ronde bal
round
the round ball

dronken
de dronken man
drunk
the drunk man

open
het open gordijn
open
the open curtain

eerlijk
de eerlijke eed
honest
the honest vow

dronken
een dronken man
drunk
a drunk man

compleet
een complete regenboog
complete
a complete rainbow

gezouten
gezouten pinda‘s
salty
salted peanuts

eerste
de eerste lentebloemen
first
the first spring flowers

fijn
het fijne zandstrand
fine
the fine sandy beach

seksueel
seksuele lust
sexual
sexual lust

warm
de warme sokken
warm
the warm socks
