Лексика

Вивчайте дієслова – нідерландська

cms/verbs-webp/46385710.webp
accepteren
Creditcards worden hier geaccepteerd.
приймати
Тут приймають кредитні картки.
cms/verbs-webp/115153768.webp
duidelijk zien
Ik kan alles duidelijk zien door mijn nieuwe bril.
ясно бачити
Я бачу все ясно через мої нові окуляри.
cms/verbs-webp/55119061.webp
beginnen met rennen
De atleet staat op het punt om te beginnen met rennen.
починати бігти
Спортсмен збирається почати біг.
cms/verbs-webp/61162540.webp
activeren
De rook activeerde het alarm.
спрацьовувати
Дим спрацював сигналізацію.
cms/verbs-webp/123179881.webp
oefenen
Hij oefent elke dag met zijn skateboard.
тренуватися
Він тренується кожен день на своєму скейтборді.
cms/verbs-webp/121264910.webp
snijden
Voor de salade moet je de komkommer snijden.
різати
Для салату потрібно нарізати огірок.
cms/verbs-webp/82095350.webp
duwen
De verpleegster duwt de patiënt in een rolstoel.
штовхати
Медсестра штовхає пацієнта на візку.
cms/verbs-webp/115224969.webp
vergeven
Ik vergeef hem zijn schulden.
прощати
Я прощаю йому його борги.
cms/verbs-webp/3819016.webp
missen
Hij miste de kans op een doelpunt.
пропускати
Він пропустив шанс забити гол.
cms/verbs-webp/91906251.webp
roepen
De jongen roept zo luid als hij kan.
кричати
Хлопець кричить на весь голос.
cms/verbs-webp/99392849.webp
verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?
видаляти
Як видалити пляму від червоного вина?
cms/verbs-webp/92456427.webp
kopen
Ze willen een huis kopen.
купити
Вони хочуть купити будинок.