Лексика

Вивчайте прислівники – нідерландська

cms/adverbs-webp/96549817.webp
weg
Hij draagt de prooi weg.
геть
Він несе добичу геть.
cms/adverbs-webp/75164594.webp
vaak
Tornado‘s worden niet vaak gezien.
часто
Торнадо не часто бачиш.
cms/adverbs-webp/154535502.webp
binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.
незабаром
Тут незабаром відкриють комерційну будівлю.
cms/adverbs-webp/138692385.webp
ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.
десь
Заєць ховається десь.
cms/adverbs-webp/135100113.webp
altijd
Hier was altijd een meer.
завжди
Тут завжди було озеро.
cms/adverbs-webp/23708234.webp
correct
Het woord is niet correct gespeld.
правильно
Слово написано не правильно.
cms/adverbs-webp/134906261.webp
al
Het huis is al verkocht.
вже
Будинок вже проданий.
cms/adverbs-webp/145004279.webp
nergens
Deze sporen leiden naar nergens.
нікуди
Ці сліди ведуть нікуди.
cms/adverbs-webp/162590515.webp
genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.
достатньо
Вона хоче спати і має достатньо шуму.
cms/adverbs-webp/77731267.webp
veel
Ik lees inderdaad veel.
багато
Я дійсно багато читаю.
cms/adverbs-webp/133226973.webp
net
Ze is net wakker geworden.
щойно
Вона щойно прокинулася.
cms/adverbs-webp/10272391.webp
al
Hij slaapt al.
вже
Він вже спить.