Лексика

Вивчайте прислівники – нідерландська

cms/adverbs-webp/172832880.webp
erg
Het kind is erg hongerig.
дуже
Дитина дуже голодна.
cms/adverbs-webp/176427272.webp
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
вниз
Він падає вниз.
cms/adverbs-webp/23708234.webp
correct
Het woord is niet correct gespeld.
правильно
Слово написано не правильно.
cms/adverbs-webp/178653470.webp
buiten
We eten vandaag buiten.
ззовні
Ми їмо сьогодні ззовні.
cms/adverbs-webp/111290590.webp
even
Deze mensen zijn verschillend, maar even optimistisch!
такий самий
Ці люди різні, але однаково оптимістичні!
cms/adverbs-webp/142522540.webp
over
Ze wil de straat oversteken met de scooter.
через
Вона хоче перейти дорогу на скутері.
cms/adverbs-webp/71970202.webp
behoorlijk
Ze is behoorlijk slank.
досить
Вона досить струнка.
cms/adverbs-webp/57457259.webp
buiten
Het zieke kind mag niet naar buiten.
назовні
Хвора дитина не може виходити назовні.
cms/adverbs-webp/57758983.webp
half
Het glas is half leeg.
напів
Склянка напів порожня.
cms/adverbs-webp/12727545.webp
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.
внизу
Він лежить на підлозі внизу.
cms/adverbs-webp/135100113.webp
altijd
Hier was altijd een meer.
завжди
Тут завжди було озеро.
cms/adverbs-webp/170728690.webp
alleen
Ik geniet van de avond helemaal alleen.
сам
Я насолоджуюся вечором сам.