คำศัพท์
เรียนรู้คำกริยา – ดัตช์

melden
Ze meldt het schandaal aan haar vriendin.
รายงาน
เธอรายงานเรื่องราวนั้นให้เพื่อนของเธอ

bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
เดิน
ทางนี้ไม่ควรเดิน

stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.
หยุด
คุณต้องหยุดที่ไฟแดง

stoppen
De agente stopt de auto.
หยุด
ตำรวจหญิงหยุดรถ

aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.
มาถึง
เครื่องบินมาถึงตรงเวลา

vertalen
Hij kan tussen zes talen vertalen.
แปล
เขาสามารถแปลระหว่างภาษาหกภาษา

overweg kunnen
Stop met ruziën en kunnen jullie eindelijk met elkaar overweg!
ร่วมกัน
สิ้นสุดการต่อสู้ของคุณและได้ร่วมกันที่สุด!

weggooien
Deze oude rubberen banden moeten apart worden weggegooid.
กำจัด
ยางรถยนต์เก่าต้องการการกำจัดเฉพาะ.

naar huis gaan
Hij gaat na het werk naar huis.
กลับบ้าน
เขากลับบ้านหลังจากทำงาน

spreken
Men moet niet te luid spreken in de bioscoop.
พูด
ควรจะไม่พูดเสียงดังในโรงภาพยนตร์

voorbijgaan
De middeleeuwse periode is voorbijgegaan.
ผ่าน
ยุคกลางได้ผ่านไปแล้ว
