Ordforråd

Lær adverb – Dutch

cms/adverbs-webp/128130222.webp
samen
We leren samen in een kleine groep.
saman
Vi lærer saman i ei lita gruppe.
cms/adverbs-webp/145489181.webp
misschien
Ze wil misschien in een ander land wonen.
kanskje
Ho vil kanskje bu i eit anna land.
cms/adverbs-webp/71970202.webp
behoorlijk
Ze is behoorlijk slank.
ganske
Ho er ganske slank.
cms/adverbs-webp/46438183.webp
voor
Ze was voorheen dikker dan nu.
før
Ho var tjukkare før enn no.
cms/adverbs-webp/170728690.webp
alleen
Ik geniet van de avond helemaal alleen.
åleine
Eg nyter kvelden heilt åleine.
cms/adverbs-webp/135007403.webp
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?
inn
Går han inn eller ut?
cms/adverbs-webp/135100113.webp
altijd
Hier was altijd een meer.
alltid
Det har alltid vore ein innsjø her.
cms/adverbs-webp/102260216.webp
morgen
Niemand weet wat morgen zal zijn.
i morgon
Ingen veit kva som vil skje i morgon.
cms/adverbs-webp/71670258.webp
gisteren
Het regende hard gisteren.
i går
Det regna kraftig i går.
cms/adverbs-webp/73459295.webp
ook
De hond mag ook aan tafel zitten.
også
Hunden får også sitje ved bordet.
cms/adverbs-webp/123249091.webp
samen
De twee spelen graag samen.
saman
Dei to likar å leike saman.
cms/adverbs-webp/12727545.webp
beneden
Hij ligt beneden op de vloer.
nedanfor
Han ligg nede på golvet.