Woordenlijst
Leer bijvoeglijke naamwoorden – Duits

glänzend
ein glänzender Fußboden
glanzend
een glanzende vloer

böse
der böse Kollege
kwaad
de kwade collega

schmal
die schmale Hängebrücke
smal
de smalle hangbrug

lahm
ein lahmer Mann
kreupel
een kreupel man

hilfreich
eine hilfreiche Beratung
behulpzaam
behulpzaam advies

schwer
ein schweres Sofa
zwaar
een zware bank

wolkenlos
ein wolkenloser Himmel
wolkenloos
een wolkenloze hemel

homosexuell
zwei homosexuelle Männer
homoseksueel
twee homoseksuele mannen

glücklich
das glückliche Paar
gelukkig
het gelukkige stel

genial
eine geniale Verkleidung
geniaal
een geniale vermomming

beheizt
ein beheiztes Schwimmbad
verwarmd
het verwarmde zwembad
