Woordenlijst

Malayalam – Bijwoordenoefening

cms/adverbs-webp/145004279.webp
nergens
Deze sporen leiden naar nergens.
cms/adverbs-webp/23025866.webp
de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.
cms/adverbs-webp/176427272.webp
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
cms/adverbs-webp/38720387.webp
naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.
cms/adverbs-webp/93260151.webp
nooit
Ga nooit met schoenen aan naar bed!
cms/adverbs-webp/135007403.webp
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?
cms/adverbs-webp/132510111.webp
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
cms/adverbs-webp/71670258.webp
gisteren
Het regende hard gisteren.
cms/adverbs-webp/178180190.webp
daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.
cms/adverbs-webp/38216306.webp
ook
Haar vriendin is ook dronken.
cms/adverbs-webp/22328185.webp
een beetje
Ik wil een beetje meer.
cms/adverbs-webp/54073755.webp
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.