Vocabular
Învață adjective – Neerlandeză
blij
het blije paar
fericit
cuplul fericit
dronken
een dronken man
beat
un bărbat beat
absoluut
een absoluut genot
absolut
plăcerea absolută
perfect
perfecte tanden
perfect
dinți perfecți
onvoorstelbaar
een onvoorstelbaar ongeluk
incomensurabil
o tragedie incomensurabilă
gewelddadig
een gewelddadige confrontatie
violent
o confruntare violentă
compleet
een complete regenboog
complet
un curcubeu complet
drievoudig
de drievoudige mobiele chip
triplu
cipul de telefon triplu
technisch
een technisch wonder
tehnic
o minune tehnică
jaloers
de jaloerse vrouw
gelos
femeia geloasă
nationaal
de nationale vlaggen
național
steagurile naționale