Ordliste
Lær adjektiver – Nederlandsk

waakzaam
de waakzame herdershond
årvågen
den årvågne fårehund

zonnig
een zonnige lucht
solskinsrig
en solskinsrig himmel

stormachtig
de stormachtige zee
stormfuld
den stormfulde sø

veel
veel kapitaal
meget
meget kapital

stekelig
de stekelige cactussen
stikkende
de stikkende kaktusser

oeroud
oeroude boeken
urgammel
urgamle bøger

besneeuwd
besneeuwde bomen
sneet
sneede træer

lang
lang haar
lang
lange hår

vruchtbaar
vruchtbare grond
frugtbar
en frugtbar jord

dom
het domme praten
dum
den dumme tale

verwarmd
het verwarmde zwembad
opvarmet
et opvarmet svømmebassin
