Woordenlijst
Leer bijvoeglijke naamwoorden – Portugees (PT)

negativo
a notícia negativa
negatief
het negatieve nieuws

solteiro
o homem solteiro
vrijgezel
de vrijgezelle man

explícito
uma proibição explícita
uitdrukkelijk
een uitdrukkelijk verbod

honesto
o juramento honesto
eerlijk
de eerlijke eed

ciumento
a mulher ciumenta
jaloers
de jaloerse vrouw

limpo
roupa limpa
schoon
schone was

quebrado
o vidro do carro quebrado
kapot
de kapotte autoruit

duradouro
o investimento duradouro
duurzaam
de duurzame investering

ilimitado
o armazenamento ilimitado
onbeperkt
de onbeperkte opslag

da frente
a fila da frente
voorste
de voorste rij

importante
compromissos importantes
belangrijk
belangrijke afspraken
