Testen 94



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Sat May 31, 2025

0/10

Klik op een woord
1. Ik schrijf een woord.
J’écris un ,   See hint
2. Drink je alcohol?
Bois-tu l’alcool ?   See hint
3. De kinderen ruimen de kinderkamer op.
Les enfants la chambre des enfants.   See hint
4. Zullen we naar het strand gaan?
Voulez-vous à la plage ?   See hint
5. Een limonade, alstublieft.
Une limonade, vous plaît.   See hint
6. Wanneer rijdt er een bus naar het centrum van de stad?
Quand est-ce bus part pour le centre-ville ?   See hint
7. Waar is de Dom?
est la cathédrale ?   See hint
8. zevenenveertig
9. Ik heb een kast en een commode nodig.
besoin d’une armoire et d’une commode.   See hint
10. Hij draagt ook een sjaal om zijn nek.
Il porte une écharpe autour du cou.   See hint