Testen 98



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Fri Jul 18, 2025

0/10

Klik op een woord
1. Jij schrijft.
įŠ•įˆµįŠ»   See hint
2. Ik houd niet van wijn.
įŠį‰¢į‰µ įŠ£į‹­įˆį‰±įŠ• įŠ„į‹Øį¢   See hint
3. Ik strijk de kleren.
ኣነ įŠį‰² įŠ­į‹³į‹įŠ•į‰² į‹Øįˆµį‰³įˆ­įˆ®įˆ   See hint
4. Ik kom je op de bushalte ophalen.
įŠ«į‰„ įŠ£į‹į‰¶į‰”įˆµ įŠ­į‹ˆįˆµį‹°įŠ« (įŠ­į‰•į‰ įˆˆįŠ«) įŠ„į‹Øį¢   See hint
5. Ik wil graag een fles champagne.
įˆ“į‹° įŒ„įˆ­įˆ™į‹ įˆ»įˆįį‹­įŠ• į‹°įˆį‹Ø   See hint
6. Hoeveel bagage mag ik meenemen?
įŠ­įŠ•į‹°į‹­ įŠ£į‰įˆ‘į‰µ įŠ­į‹ˆįˆµį‹µ įŠ„įŠ½įŠ„įˆ?   See hint
7. Waar kan je treinkaartjes kopen?
į‹įŒį‹›įŠ„ į‰²įŠØį‰µ įŠ£įˆŽ ?   See hint
8. Vergeet je paspoort niet!
į“įˆµį–įˆ­į‰µįŠ«   See hint
9. Ik heb een voetbal en een schaakspel nodig.
įˆ»įŠ½įŠ• į‹Øį‹µįˆį‹ØįŠ’ įŠ£įˆŽį‹‰į¢   See hint
10. De man is van sneeuw.
įŠ„į‰² įˆ°į‰„įŠ£į‹­ įŠ«į‰„ į‰ įˆØį‹µ   See hint