Testen 36



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Thu May 22, 2025

0/10

Klik op een woord
1. In welk hotel verblijft u?
que hotel você vive?   See hint
2. negen
3. Ik heb een sinaasappel en een grapefruit.
tenho uma laranja e uma toranja.   See hint
4. Dit zijn mijn boeken.
Aqui estão meus livros.   See hint
5. Ik vind dat vreselijk.
acho isto horrível.   See hint
6. Heeft u bloemkool?
couve-flor?   See hint
7. Kunt u een taxi bestellen?
Por favor, um táxi.   See hint
8. Waar is een batterij?
Onde tem bateria?   See hint
9. We zwemmen af en toe.
Às vamos nadar.   See hint
10. Ik wil graag ingenieur worden.
Eu quero engenheiro.   See hint